Wereldcongres Internationaal Vakverbond - Vancouver - 21 tot 25 juni

Het 2de wereldcongres van het Internationaal Vakverbond (IVV) draait rond de wereldcrisis en de sociale oplossingen voor deze crisis.


Het ACV stuurt een sterke delegatie naar dit congres. De delegatie wordt geleid door Luc Cortebeeck die ondervoorzitter van het IVV is.



vrijdag 12 juni 2009

Hoorde u al ooit van Kiribati ?

Wij voor deze conferentie ook niet. Andrée wel. Want Kiribati is een van de 167 landen die met een tripartite delegatie aanwezig zijn op deze Internationale Arbeids Conferentie. (Zou Kiribati overigens een provincie hebben die Kiriwiti heet ?)

Hoe dan ook de plenaire vergadering van de Aids commissie is een bont gezelschap. We hebben drie Afrikaanse woordvoerders.

De voorzitster is de Zuidafrikaanse Thembi Nene-Shezi van het ministerie van Arbeid. Onze Jan Sithole doet het woord voor de vakbonden. En voor de werkgevers hebben we Patrick Obath, de nationale voorzitter van de Keniaanse werkgeversfederatie.
)


Naarmate de amendementenslag vordert, dag na dag, we worstelen ons door 304 amendementen, in langgerekte zittingen tot ’s avonds laat, worden de woordvoerders vermoeid. En zoals u dat kent van resoluties op congressen komt het erop aan om op het gepaste moment een goeie formulering te vinden, een subamendement in te dienen op weer een ander subamendement. En zo het laken weer wat naar de vakbondskant te trekken. De aanhouder wint vaak.

Dus pijnigen we met meerdere collega’s in de werknemersgroep onze hersenen, kriebelen op bloc notes kleine papiertjes vol met allerlei alternatieve (engelse) formuleringen, een paar trefwoorden voor argumenten, en schuiven dat door naar Jan Dereymaeker die dat dan uitfiltert voor onze woordvoerder.

Vandaag moeten er nog een 50tal amendementen erdoor. Het wordt dus vergaderen tot de finish. Met het op einde nog een politiek gevoelige discussie over de follow-up. Willen we wat meer als na een paar jaar blijkt dat voor belangrijke delen van de wereldbevolking de aanbeveling niet wordt opgevolgd ? En mag de ILO conventie 111 met een verbod op discriminatie, ook een verbod op discriminatie wegens HIV status bevatten ?

Het ziet er naar uit dat het een lange dag wordt

Draften is droge bedoening

Diegenen die bij het woord “draft” spontaan denken aan een fris getapte pint bier zijn eraan voor de moeite. Als lid van het drafting committee van de Commission of the Whole (COW) ondervind ik dat nu reeds twee lange dagen. Ons redactiecomité is een klein parlement: 6 werkgevers, 6 werknemers, 12 regeringen en nog pakweg een kleine 10 ILO-medewerkers.

De eerste dag zaten we ei zo na bij een breuk met de werkgevers. Het ILO-secretariaat van de COW had een vrij goede ontwerptekst gemaakt op basis van de vele tussenkomsten in de commissie. Te goed naar mijn aanvoelen. Dat bleek snel te kloppen. De werkgevers, die in de plenaire COW zeer spaarzaam waren tussengekomen, vonden het ontwerp onvolledig, onevenwichtig, onverstaanbaar,… Kortom op die basis wilden ze er geen woorden aan verspillen. Harde uitspraken die mijn aanvoelen, jammer genoeg, bevestigden.

Na enkel uren overtuigingsproces kwamen we dan toch tot een akkoord over de werkwijze. We zouden van de “office-text” vertrekken maar iedereen kon inbrengen wat men maar wenste. Geen veto’s, geen taboes. En by the way. De werkgevers wilden zeker nog geen uitspraak doen over de aard van het instrument. Dat werd dan maar “Nigel” genoemd. In Vlaanderen zou dat “Flip” of “Jef” geworden zijn.

Met slopende besprekingen zijn we dan aan die Nigel begonnen. De eerste dag konden we om 20u fier terugkijken op welgeteld één bladzijde common agreed text. De tweede dag begonnen we om 10u en sloten we om 23 uur af met nog eens 2 bladzijden overeenstemming. Op elke slak wordt zout gelegd. Elk woord wordt omgedraaid en vervangen door een synoniem. Paragrafen worden “deleted” of “added”. We werken rechtstreeks op een groot scherm volgens een zeer complexe en trage werkwijze.

In elke paragraaf worden alle amendementen aangebracht; van werkgevers, werknemers en regeringen. Dat alles staat voor je neus geprojecteerd. En dan beginnen we in die warboel van vette, cursieve, onderstreepte woorden te zoeken naar overeenstemming. Misschien dat woord toch maar vervangen. Of die zin even omdraaien. En waarom het niet even anders formuleren. Dat alles met simultaanvertaling naar Engels, Frans en Spaans. 's Avonds heb je er wel een punthoofd van. En tussendoor in de snackbar (die om 19u onherroepelijk sluit – avondzitting of niet) snel nog wat zorgen voor proviand; een sponzenbroodje, een straffe koffie en wat chocola.

Morgen, vrijdag, staan we voor de derde dag “draften”. Dan moeten de laatste 2 pagina’s er door. Want alles moet nog vertaald worden. Zaterdag moet alles immers beschikbaar zijn voor een ganse dag plenaire bespreking. En zondag is ons werkschema reeds ingevuld met interne consultaties.

Dat zijn de decent working conditions in ons (en elk ander) comité. Je kan er best maar even mee lachen. En dromen van een fris getapte pint. Maar die draft zal nog even moeten wachten.



donderdag 11 juni 2009

Commissie Gendergelijkheid


Gender gelijkheid is een fundamentele waarde voor de IAO. Een transversaal thema in de IAO Waardig Werk Agenda. Daarover lijkt iedereen het hier eens: overheden, werknemers en werkgevers. Maar hoe vertaal je nu zoiets naar al die werkende vrouwen en mannen op de werkvloer? Daar is het laatste woord nog niet over gezegd.

Na 24 jaren stond daarom dit thema eindelijk nog eens op de agenda van de arbeidsconferentie voor een algemene discussie. Het was de bedoeling dat de Commissie Gender Gelijkheid, op basis van “best practices”, het werk van de IAO en haar leden opnieuw richting te geven. Of de Commissie de verwachtingen zal inlossen is ten zeerste de vraag:
- Ten eerste omdat het mandaat van de Commissie van bij het begin erg beperkt was. Ze kan enkel “conclusies” aannemen, zoals elke Commissie dat moet doen, dus geen sprake van arbeidsnormen of een IAO actieplan. We moeten dus hopen dat iemand gewicht geeft aan die conclusies en er daadwerkelijk mee aan de slag gaat. De mensen van het gender departement van de IAO lijken alvast vastberaden om dat te doen, en dat geeft toch nog wat hoop.
- Ten tweede omdat de discussie op een erg onhandige manier geleid werd. De voorzitter van de commissie heeft de 4 discussiepunten er op anderhalve dag doorgejaagd!!! Gevolg: groepen konden het tempo amper bijhouden en waren dus niet altijd even goed voorbereid. Zeker de overheden waren bijzonder zwak. Waar normaal gezien de regionale blokken (Europese Unie, Afrikaanse Unie, Latijns-Amerika) met één stem spreken, was het dit jaar ieder voor zich in deze commissie. En zeker het Tsjechische Voorzitterschap van de EU heeft hier een slechte beurt gemaakt.

Dat de debatten dan ook erg vaag en algemeen bleven, is geen verrassing. Iedereen legde zijn of haar ei op tafel, zonder op zoek te gaan naar een minimale vorm van consensus. Dat werk werd mooi doorgeschoven naar het redactiecomité. En toen die dan met een eerste voorstel van conclusies op tafel kwamen, was het raak: alle groepen samen schoven niet minder dan 185 amendementen naar voor!!
Het heeft ons drie lange dagen gekost om erdoor te raken en tot een consensus te komen. Het was alsof we helemaal moesten herbeginnen! Gisterenavond om 21u30 was het dan zover, alle amendementen behandeld. Nu wordt het dus wachten op hoe de finale tekst er zal uitzien.

Luc's team




Het is dringen in de "Committee on the Application of Standards." Sinds twee jaar is er plaatsgebrek in de toch wel grote zaal van de Raad van Bestuur van de Internationale Arbeidsorganisatie. Het balkon meegerekend zijn er ongeveer 350 plaatsen en toch heeft "het bureau" een extra zaal geopend waar de werkzaamheden op video kunnen gevolgd worden.
Om alvast het werk goed te laten verlopen heeft iemand op de eerste rij een plaatje gezet: "Luc's team." Wij zijn in de discussie van de landen, de "gevallen" nu juist over de helft, we hebben 13 van de 25 landen besproken en hebben nog vandaag donderdag en morgen vrijdag om de volgende 12 gevallen af te werken. Dat betekent dat dat wij met dag- en nachtzittingen werken. De agenda vandaag vermeldt vergaderingen tot 22 uur, of later indien nodig. De Belgische regering die vanavond een diner aanbiedt, zal het wellicht zonder ons moeten stellen; hoogstens kunnen wij laat even langslopen.

Persoonlijk breng ik die lange dagen door in de zaal. Gevallen inleiden, uitleiden en met mijn werkgeverscollega en de voorzitter onderhandelen over de uitspraak, de conclusies. Het geheim van onze - voorlopig toch als succesvol beschouwde - methode zit niet bij Luc maar wel bij 'Luc's team.' Elk geval wordt juridisch uitgewerkt door Andrée Debrulle of Gilbert De Swert of Chris Serroyen. Véronique Rousseau organiseert vergaderingen met de mensen van het land, om feiten en realiteiten te kunnen verwerken. Zij werken 'back-office' en staan me in de zaal bij wanneer het geval dat zij voorbereid hebben, besproken wordt. Het tempo is hels, toch houden we de kwaliteit hoog. Marc Leemans en Herman Fonck werken in andere commissies, hun verhalen kan je op hun blog lezen. Toch fier over dit "dreamteam."



woensdag 10 juni 2009

China op het matje

Wanneer is een gebeurtenis historisch? Dat kan je moeilijk op het moment zelf bepalen. Maar gisteren maakte we een bespreking mee met China, waarin de officiële Chinese vakbond zich opstelde als vakbond en dus niet meer als vazal van de regering. Het is duidelijk: er verandert wat in China. Dat bleek ook toen wij gisteravond de Chinese vice-voorziitter van de vakbond ontmoetten. Hij en zijn delegatie weten wat er omgaat in de wereld. We spraken over internationaal vakbondswerk en over vakbondswerk in China. Het is de ACFTU die Wall-Mart, een Amerikaanse winkelketen, sociale manieren heeft geleerd en niet de Amerikanen. Over de bespreking van het geval China laat ik graag Gilbert De Swert aan het woord. Hij was vroeger hoofd van onze studiedienst en staat ons hier met raad en daad bij als vrijwilliger. 

China krijgt westerse sproeten

Internationale Arbeidsconferentie, dinsdag 9 juni. China zit op de bank in de Commissie voor de naleving van de arbeidsnormen. China wordt getoetst op Conventie 122 die van landen een actieve werkgelegenheidspolitiek vraagt.

En China laat onvermoede westerse trekken zien.

Mohui Jiang, de breedlachende jongeman van de Chinese regering, borstelt in een kwartiertje (en niet in de gebruikelijke drie of vier uren) de crisisaanpak van zijn land:

-     de uitleg gebeurt in een aardig Engels, alleszins aardiger dan dat van wereldburgers Verhofstadt en Dehaene;

-     de omvang van het crisisplan is duidelijk Amerikaans: de Chinese overheid gooit er ruim 600 miljard dollar tegen aan;

-     maar de maatregelen zelf klinken opvallend Europees: uitgebreide infrastructuurwerken worden voortvarend op stapel gezet (China maalt niet over een paar Lange Wappers, luchthaventerminals of duwvaartkanalen meer), ondernemingen worden gesubsidieerd om mensen niet meteen af te danken (versta: tijdelijke werkloosheid voor staats- en andere bedienden); RSZ-stortingen mogen uitgesteld worden (hoe Belgisch); 50 miljoen Chinezen gaan even in opleiding (Deens model);

-     en vooral: er gaat gezondheidszorg en ziekteverzekering komen voor alle Chinezen. ‘Socialistisch’ China heeft nu, volgens de Wereldgezondheidsorganisatie, zo ongeveer de meest ongelijke gezondheidszorg ter wereld. Maar Obama zal moeten opletten of China gaat nog eerder dan Amerika een algemene ziekteverzekering hebben.

 

Niet alleen lieve woorden

Tweede verrassing: Hanquan Li vraagt het woord. Een Chinese synidicalist en hij heeft niet alleen lieve woorden voor zijn regering. Nee:

-     hij zet cijfers op dé uitdaging voor China’s arbeidsmarkt: elk jaar komen er in de steden 24 miljoen werkzoekenden bij en trekken 10 miljoen plattelanders naar de stad, maar ook met 8% groei komen er maar 12 miljoen jobs bij;

-     hij benoemt de kwestie van de talloze binnenlandse migranten : 240 miljoen inmiddels, van wie 130 miljoen in de grootsteden. Zonder verblijfsvergunning, dus zonder recht op legaal werk, op huisvesting, op gezondheidszorg. Dus zeer vatbaar voor uitbuiting: slechts een kwart van het loon van stedelingen; een habbekrats die al te vaak ook nog te laat of helemaal niet betaald wordt. Maar het zijn wel die mannen en vrouwen die 16% van China’s BBP bijeenwerken;

-     hij vindt ook dat de regering meer kan doen voor lage inkomens (op het platteland) en voor gehandicapten (officieel met 83 miljoen, van wie een kwart werkt);

-     en hij zegt dat ook de vakbond tegenwoordig VDABeetjes opzet.

Hé hé. Verbaasde hoofden draaien om op de syndicale banken, verrukte ogen rollen.

Werkgeversvertegenwoordiger Wu Ju blijft niet achter. Hij verklaart heel aardig te kunnen samenwerken met regering en vakbond. Afin, de minst westerse van de Chinese sprekers. Gelukkig houdt hij het maar vijf minuten – geen risico op knikkebollen of snurken.

Uitsmijter komt van onze Amerikaanse brother van AFL-CIO. Hij bezweert de Chinezen het bij hen allemaal keurig democratisch en transparant volgens de regels te doen. Ook de madam van de Amerikaanse regering vergeet altijd gewillig dat, net als China, Amerika nog altijd niet de fundamentele conventies (87 over vakbondsvrijheid en 98 over collectieve onderhandelingen) ondertekend heeft. Maar China heeft al wel, en de VS nog niet de conventies over kinderarbeid geratificeerd.

Misschien komt Obama best volgend jaar naar de Arbeidsconferentie, om China en Amerika ook sociaal toe te naderen, en vooral tegen zijn landgenoten te zeggen: de internationale arbeidsnormen, yes we can too!

 

Laat ons niet in de steek

Gisteren werd in de Commissie Normen een begin gemaakt met de ‘gevallen’, de landen die op het matje geroepen worden. Zaterdag hadden we al een voorproefje gehad met de speciale zitting voor Birma/Myanmar. De belangrijkste aanklacht tegen dit land is dat ze de mensen gedwongen laten arbeiden. Vaak gaat dat over infrastructuurwerken die moeten uitgevoerd worden – bv. wegen aanleggen - en waarvoor de bevolking gewoon wordt opgevorderd.

Het regime buit de mensen uit op de meest grove manieren. Het land moet elk jaar voor de Commissie Normen verschijnen, maar de vooruitgang is gering. Wij hebben zelfs de indruk: bijna onbestaande. De regering verdedigt zich ieder jaar met te zeggen dat ze dit en dat gedaan heeft. Maar wij denken dat ze juist genoeg doet om de Aziatische landen die hen blijven steunen in de Commissie iets in handen te geven om te zeggen ‘zie je wel dat ze hun best doen’. De IAO heeft een aantal jaren geleden een bureau geïnstalleerd in het land om het mogelijk te maken dat mensen klachten indienen. Voor dat bureau werken ook een aantal facilitatoren, mensen van daar die moeten helpen als iemand een klacht wil indienen. Blijkt dat een heel aantal van die facilitatoren in de gevangenis zitten. Wegens subversieve activiteiten. De vakbond, de vrije vakbond, zit overigens net over de grens in Tailand, want die wordt in eigen land ook als staatsgevaarlijk beschouwd.

Dit jaar was er dan ook nog de nieuwe ‘episode’ i.v.m. Aung San Suu Kyi, de oppositieleidster die al jaren gevangengehouden wordt door de militaire junta. Er was die Amerikaan die zogezegd een meer was overgezwommen en zich op die manier toegang verschaft had tot het huis waar ze verblijft. Daarmee had Aung San Suu Kyi volgens het regime de voorwaarden om daar te mogen wonen overtreden, dus moest ze opnieuw berecht worden. Allemaal opgezet spel, want het schijnt volstrekt onmogelijk te zijn om dat huis te naderen – ook niet langs het water – zonder gezien te worden. Maar met dit alles zit de oppositieleidster wel in de gevangenis en het is hoogst onwaarschijnlijk dat ze zal kunnen terugkeren naar het huis waar ze vandaan komt.


In het geval van Birma/Myanmar vraag ik me eerlijk gezegd wel eens af of ons werk met de Commissie wel zin heeft, maar de mensen van daar smeken ons om er mee door te gaan. Hoe klein de vooruitgang die gemaakt wordt ook is, het is altijd dat. “En voor de rest is er helemaal niemand, ook geen organisatie, die enige invloed heeft op de militaire junta”, zeggen ze ons. “Laat ons alstublieft niet in de steek.”


Dat was dus vorige zaterdag.Gisteren hadden we dan Colombia, Chili en Turkije aan de agenda.
Voor Colombia zijn we tot goede besluiten gekomen. Enerzijds erkennen we dat er een aantal verbeteringen zijn – de werkgevers wilden Colombia hier als ‘cas de progres’ opvoeren. Bv. de wetgeving is een klein beetje verbeterd. Maar anderzijds blijft het feit dat er in 2008 48 vakbondsleiders vermoord zijn en in 2009 al 18. Dat is een ondraaglijke situatie. Mensen worden vermoord omdat ze opkomen voor anderen.


De conclusie is dat de regering ons moet blijven informeren en dat de BIT (Bureau International du Travail, de administratie die de IAO ondersteunt) middelen zal vrijmaken om hen te helpen. Maar het land blijft onder constante opvolging.Voor Chili, waar het gaat over sociale zekerheid, en Turkije, waar de vakbondsvrijheid in het geding is, zijn we nog niet tot besluiten gekomen.

Earthland


In de COW hebben we 10 achtereenvolgende debatten beluisterd. Het laatste zit er op. Nu krijgen we een reeks inhoudelijke tripartiete besprekingen.

Uit het laatste debat enkele interessante statements. Tariq Banuri, directeur van de divisie duurzame ontwikkeling bij de UNO, paste een knap mechanisme toe. Hij verkleinde de wereldbol met 6 miljard mensen 1000 maal tot het land Earthland met 6 miljoen mensen. Dat maakt het overzichtelijk en herkenbaarder.

Earthland is het meest ongelijke land ooit. Ongelijker dan Zuid-Afrika onder de apartheid. 80% van de Earthlanders heeft geen sociale zekerheid. De sociale wetgeving geldt enkel voor een fractie van de burgers. Vooral de blanke minderheid heeft het goed; woont en werkt in comfortabele omstandigheden. De meerderheid van gekleurde Earthlanders leeft in grote miserie. Banuri koppelde hier nog tal van beschouwingen aan vast. Het was geen eye-opener. Maar toch een confronterende manier om de globalisering nog eens origineel in de kijker te plaatsen.

Banuri ging ook in op de klimaatopwarming. We gebruiken nu vooral fossiele energie. Deze schat zat millennia lang onder de grond verborgen. Vandaag exploiteren we die volop. Omdat we ze zeer goedkoop opdelven. Als we nu een algemene CO² uitstootbeperking opleggen -en alles zetten op renewable energy- stellen we de Low Develloped Countries (LDC) voor het blok. Die kunnen financieel nooit de duurdere renewables aan. We belemmeren dus hun ontwikkeling. In Earthland zou bijvoorbeeld 90% van de burgers niet mee kunnen met zo’n verplichting. Enkel de 10% rijksten kan zich dan de duurdere energie van zonnepaneel of windmolen veroorloven. De anderen vallen zonder energie. Daarom pleit Banuri voor een Global Funded Program dat alle landen toelaat mee te stappen in de klimaatoplossingen. Zo kunnen ook de LDC zich blijven ontwikkelen en kunnen we allen de wereldbol vrijwaren van onherroepelijke teloorgang. We hebben nog amper 10 jaar, was zijn besluit.

Ook dit stelt de roep naar een greening economy in een breder perspectief. We moeten vooral niet klagen dat we dit vooral met het rijke westen moeten aanpakken. En dat andere landen maar ongewijzigd verder doen. Neen, we moeten er juist op een solidaire manier voor zorgen dat iedereen in Earthland kansen en mogelijkheden krijgt om zich aan te passen. Dat is ook in het belang van de rijkere blanke minderheid. Want als het land vergaat, blijft er niemand over. Een boodschap die knap gebracht werd. Hopelijk blijft ze bij velen hangen.

dinsdag 9 juni 2009

De amendementenslag in de aids commissie


In de aidscommissie is de amendementenslag volop op gang. Alle groepen bespreken apart de tekst en kunnen amendementen indienen. Alleen al voor de preambule waren er ruim honderd amendementen. Die moeten naargelang de titel en de rangorde in de ontwerptekst tegen een bepaald datum en uur worden ingediend bij “the office”. Da’s telkens een rush tegen de klok in onze groep.

Sommige amendementen in onze groep vanuit de europese vakbonden waar we ook expliciet willen focussen op mannelijke homo’s als risicogroep en te betrekken groep bij het beleid, net als de "sex workers", veroorzaken steevast allerlei culturele remmingen bij sommige van onze Afrikaanse collega’s om die dingen bij hun naam te noemen. Twee beweerden in het vuur van het debat dat in hun land geen prostitutie voorkwam. Nou moe. Moeizaam raakten we eruit. Een Spaanse collega produceert overvloedig gedetailleerde en tijdrovende amendementen vanuit de Spaanse context. Zo tikt de tijd weg in onze vakbondsvergaderingen.

Ik word intussen mee ingeschakeld om amendementen te gaan indienen bij” the office”, waar ILO ambtenaren dat in geijkte standaardbewoordingen pogen te zetten, en zorgen voor een gedrukte spaanse en franse vertaling. Een tijdje later pendel ik ook tijdens de plenaire besprekingen tussen de Franse regeringsvertegenwoordiger van de IMEC groep en de workers, om compromisteksten erin te masseren. We kennen elkaar al eerder van de Dublin stichting en andere Europese overlegtoestanden. En dat helpt soms wat. Met hem valt af en toe meer te regelen dan met de wat conservatieve Tsjechische woordvoerster namens de EU. Die treedt vrij vaak de werkgeversdelegatie bij in de discussies.

Gisteren en vandaag worden Suzanna en ikzelf er door de workersgroep op uitgestuurd om samen met een Canadese werkgeversvertegenwoordigers compromissen pogen te maken over de komende amendementen. Het volstaat in de plenaire zitting om een akkoord te hebben tussen werkgevers en werknemers om een tekst aanvaard te hebben. Die apartjes leveren wat resultaat op. Bij meerdere punten in de plenaire vergadering, worden onze compromisteksten aangenomen.

Vanavond hoorden we in de plenaire zitting ook tot ons genoegen hoe de twee Belgen in de regeringsgroep de EU met succes over de streep duwden ter ondersteuning van een Afrikaans voorstel over een verbod voor werkgevers om werknemers te testen. Mooi. Eindelijk.

We smaken enkele keren het genoegen om eigenhandig geschreven amendementen in de goedgekeurde tekst te sluizen. Maar het is een uitputtingsslag over punten en komma’s. En af en toe over principes als het recht op privacy, een discriminatieverbod voor seropositieven, een verbod op verplichte testen door werkgevers. Gisteren was het vergaderen van negen uur ’s morgens tot 10 uur s’avonds. En ook vandaag is het weer van dattem. De delegaties worden voorlopig niet murw: het kost bijvoorbeeld ruim een half uur plenaire discussie of gegevens over de hiv status van werknemers confidentieel of anoniem moeten blijven, wat het verschil is tussen beide, en of niet de beide moeten worden vermeld. Het wordt voorlopig beide, maar er moet nog een juridisch advies komen over een ander tekstgedeelte. De meest vasthoudende wint. Soms.

De straffe madammen van de aids commissie

Als u dacht dat het alleen maar straffe Jannen zijn die het mooi weer maken in de Aids commissie hebt u het mis. De twee Jannen worden bijgestaan door Suzanna Muskat-Gorska, de kersverse HIV-Aids coordinator van ITUC, overgewaaid van Solidarnosc. Ze giet alle amendementen in een excell bestand, duidt online met kleurtjes aan welke teksten we aannemen, wat we verwerpen, wat we dan weer wel goedkeuren. Zodat de hele werknemersgroep kan volgen welke amendementen we nu al of niet opnamen.En we zelf het spoor niet bijster raken. Met haar trek ik tussendoor naar “the office” en naar de werkgevers vertegenwoordiger om compromissen te bedisselen.

Amrita Sietaram, de straffe madam van Actrav is onmisbaar om onze werknemersgroep op het juiste spoor te houden. Verbonden aan het werknemersbureau bij de ILO kent ze het klappen van de ILO –zweep en de procedure regels. Ze pepert het er af en toe goed in: wanneer w e waar horen te zijn, hoe dat zit met stemmingen, waarom die aanwezigheidslistings van belang zijn, wat we waarom best hoe doen, en waaraan we beter geen tijd verliezen, …En met haar stamboek uit het Nederlandse CNV kunnen we af en toe al eens in wat rad nederlands opmerkingen maken en vragen stellen. Ook wel eens handig in dit gezelschap waar nederlands een exotische taaltje is.

U ziet het al : geen sterke jannen zonder straffe madammen.